27
Deutsch Español Nederlands
GEBRAUCH UTILIZACIÓN GEBRUIK
Die Berührung des Erdbohrgeräts bei drehendem
Werkzeug mit bodenseitigen Fremdkörpern und das daraus
resultierende Abbremsen bzw. Anhalten des Erdbohrgeräts
kann drehbedingte Reaktionskräfte zur Folge haben. Die
Übertragung dieser Kräfte kann die plötzliche Drehung des
Motors und der Griffe gegen den Uhrzeigersinn, den Verlust
der Gerätekontrolle oder heftige Stöße des Griffs auf den
Bediener verursachen, der möglicherweise ins Stürzen kommt
und schweren Verletzungen ausgesetzt ist.
ACHTUNG - Während der Arbeit müssen beide Bediener
mit beiden Händen die jeweiligen Griffe festhalten, um die
Rückschläge des Bohrwerkzeugs beim Auftreffen gegen
etwaige Hindernisse im Boden (Steine, Wurzeln usw.) sicher
auffangen zu können.
ACHTUNG - Beachten Sie immer die Sicherheitsbestimmungen.
Der Erdbohrgeräts darf ausschließlich zum Bohren im Boden
verwendet werden. Keinen Asphalt, Zement oder andere
Steinwerkstoffe bohren. Es ist verboten, die Zapfwelle des
Erdbohrgeräts für andere als die vom Hersteller angegebenen
Verwendungsweisen zu benutzen. Es ist untersagt
andere Materialien damit zu schneiden. Benutzen Sie die
Heckenschere nicht als Werkzeug zum Heben, Verschieben
oder Zerkleinern von Gegenständen und niemals auf
Halterungen als ortsfestes Gerät.
VERBOTENER EINSATZ
- Das Erdbohrgerät ist unbedingt von zwei Bedienpersonen
einzusetzen; anstelle des zweiten Bedieners darf keine Halterung bzw.
Stütze verwendet werden.
- Das Erdbohrgerät darf nicht zum Bewegen, Abtragen, Verrühren oder
Vermischen von losem Material verwendet werden.
- Das Erdbohrgerät darf nicht auf Böden mit chemischen, giftigen bzw.
stark staubenden Stoffen eingesetzt werden.
- Das Erdbohrgerät darf nicht als Mischwerk für Flüssigkeiten verwendet
werden, schon gar nicht, wenn es sich um abrasive, korrosive oder
entzündliche Flüssigkeiten handeln sollte.
- Das Erdbohrgerät darf nicht zum Zerkleinern von Abfällen, Bauwerken
oder Baustoffen verwendet werden.
- Achten Sie beim Betrieb des Erdbohrgeräts auf unterirdische
Kabel oder Rohrleitungen, Abwasserleitungen, Zementstrukturen,
Bewässerungsanlagen.
- Achten Sie beim Betrieb des Erdbohrgeräts auf unterirdische Metall-
oder Nichtmetallkabel bzw. Metallnetze, die sich in der Spitze des
Erdbohrers verfangen könnten.
- Das Erdbohrgerät darf nicht als Winde oder zum Aufwickeln von
Seilen oder Kabeln verwendet werden.
- Das Erdbohrgerät darf nicht auf zerbrechlichen Stoffen zum Einsatz
kommen, die beim Brechen lose Teile in das Umfeld schleudern
könnten.
- Das Erdbohrgerät darf nicht zum Ausbohren von Mauern, Zäunen
usw. verwendet werden; darüber hinaus nicht auf holzhaltigen
Stoffen oder Asphalt.
- Für das Bohren von Eis sind spezielle Bohrwerkzeuge erforderlich;
bei derartigen Arbeiten die Festigkeit des Eises ÄUSSERST GENAU
untersuchen.
- Besondere Aufmerksamkeit ist beim Bohren in Nähe von Gräben,
abschüssigen Hängen oder Bodenbereichen geboten, die infolge der
Bearbeitung mit dem Erdbohrgerät rutschen könnten.
- Besondere Aufmerksamkeit ist beim Bohren in Nähe von Mauern,
Masten oder Baustrukturen geboten, die durch das mit dem
Erdbohrgerät bedingte Abtragen von Stützmaterial einstürzen oder
rutschen könnten.
- Führen Sie keine Bohrungen in Nähe von Dämmen oder anderen
Staustrukturen von Flüssigkeiten aus; es besteht die Gefahr von
Leckagen.
- Das Erdbohrgerät darf ausschließlich bei Gewähr einer sicheren
und standfesten Arbeitsposition bedient werden; die Verwendung
mit auf Leitern, Gestellen oder ähnlichen Erhebungen stehenden
Bedienpersonen ist untersagt; es besteht die Gefahr eines
Gleichgewichtsverlustes.
El contacto de la ahoyadora en rotación con objetos
extraños presentes en el suelo y la consiguiente
ralentización o parada de la ahoyadora pueden generar
fuerzas reactivas de rotación. La transferencia de estas
fuerzas puede inducir la rotación improvisa del motor
y de las empuñaduras en sentido contrario a las agujas
del reloj, causar la pérdida de control y determinar que
la empuñadura golpee violentamente y arroje al suelo al
operador, con riesgo de lesiones graves.
ATENCION - Durante el trabajo, ambos operadores deben
sostener las empuñaduras firmemente con las dos manos
para poder oponer una buena resistencia en caso de que la
punta de la ahoyadora se tope con un obstáculo en el suelo
(piedras, raíces, etc.).
ATENCION - Respetar siempre las normas de seguridad.
El mototaladro se debe de utilizar sólo para realizar
perforaciones del terreno. No perforar asfalto, cemento
u otros materiales lapídeos. Está prohibido aplicar a la
toma de fuerza del mototaladro utensilios o aplicaciones
que no sean los indicados por el constructor. No utilizar la
máquina como palanca para levantar, desplazar o partir
objetos, ni bloquearla con soportes fijos.
USOS NO ADMITIDOS
- La ahoyadora debe ser empleada por dos operadores; no está
permitido sustituir el segundo operador con un sostén o soporte.
- No utilizar la ahoyadora para desplazar, quitar, amasar o mezclar
materiales sueltos.
- No utilizar la ahoyadora sobre terrenos donde haya sustancias
químicas en general, o materiales tóxicos o particularmente
polvorientos.
- No utilizar la ahoyadora como mezclador de líquidos, menos aún
si son abrasivos, corrosivos o inflamables.
- No utilizar la ahoyadora para triturar residuos, construcciones o
materiales de construcción.
- Durante el uso de la ahoyadora prestar atención a la presencia
de cables o tubos, alcantarillas, construcciones de cemento y
sistemas de riego en el terreno.
- Durante el uso de la ahoyadora prestar atención a la presencia de
cables metálicos o de otro tipo, o mallas metálicas que podrían
engancharse en la punta.
- No utilizar la ahoyadora como cabestrante o para enrollar
cuerdas o cables.
- No utilizar la ahoyadora sobre materiales frágiles que puedan
despedazarse y salir disparados.
- No utilizar la ahoyadora para realizar orificios en paredes,
empalizadas, etc.; no utilizarla sobre materiales leñosos o sobre
asfalto.
- La perforación del hielo requiere puntas especiales; si se intenta
realizar esta operación, evaluar MUY ATENTAMENTE la resistencia
del hielo.
- Prestar mucha atención al realizar orificios cerca de fosas o
paredes caídas o en terrenos que podrían desmoronarse como
consecuencia del trabajo con la ahoyadora.
- Prestar mucha atención al realizar orificios cerca de paredes,
postes, árboles o construcciones que podrían caer o
desmoronarse si el trabajo con la ahoyadora les quita material de
sostén.
- No realizar orificios en coincidencia con arcenes o construcciones
de contención de líquidos: riesgo de fugas de líquido.
- La ahoyadora debe ser utilizada por operadores que tengan
un apoyo sólido y estable sobre el suelo; no debe ser utilizada
por operadores que se encuentren sobre escaleras, sostenes,
plataformas levantadas o afines: riesgo de pérdida de estabilidad.
Wanneer de draaiende grondboor in aanraking komt
met vreemde voorwerpen die aanwezig zijn in de
bodem en daardoor vertraagt of stopt, kan dat leiden
tot draaireactiekrachten. Door de overbrenging van
dergelijke krachten kunnen de motor en de handgrepen
onverwachts in tegenwijzerzin draaien waardoor men de
controle verliest of de operator hard wordt geraakt door
de handgreep en op de grond wordt gegooid, met risico
op ernstig letsel.
LET OP - Tijdens het werk moeten beide bedieners de
handgrepen met beide handen stevig vasthouden om een
goede weerstand te kunnen bieden in het geval de punt
van de grondboor een obstakel in het terrein tegenkomt
(stenen, wortels, enz.).
LET OP - Volg altijd de veiligheidsnormen. De grondboor
moet alleen gebruikt worden om perforaties in het terrein
uit te voeren. Perforeer geen asfalt, cement of andere
steenmaterialen. Het is verboden om voor de aandrijfas
van de grondboor gereedschappen of toepassingen
te gebruiken die anders zijn dan die door de fabrikant
aangegeven worden. Gebruik het toestel niet als hefboom
om voorwerpen op te tillen, te verplaatsen of te breken,
en bevestig het niet op vaste houders.
VERBODEN GEBRUIK
- De grondboor moet door twee bedieners worden gebruikt; het is
niet toegestaan om de tweede bediener door een steun of blok
te vervangen.
- Gebruik de grondboor niet voor het verplaatsen, verwijderen,
kneden of mengen van losse materialen.
- Gebruik de grondboor niet op terreinen waar chemische stoffen
in het algemeen, giftige of zeer stofachtige materialen aanwezig
zijn.
- Gebruik de grondboor niet als mengapparaat voor vloeistoffen,
vooral niet als deze schurend, corrosief of brandbaar zijn.
- Gebruik de grondboor niet om afval, bouwwerken of
bouwmaterialen te verbrijzelen.
- Let tijdens het gebruik van de grondboor op de aanwezigheid in
de grond van kabels of leidingen, rioleringen, bouwwerken van
cement, beregeningsinstallaties.
- Let tijdens het gebruik van de grondboor op de aanwezigheid in
de grond van kabels, al dan niet van metaal, of metalen roosters
die in de punt kunnen vastraken.
- Gebruik de grondboor niet als lier of om er touwen of kabels om
te wikkelen.
- Gebruik de grondboor niet op breekbare materialen die zouden
kunnen breken waardoor stukken worden weggeslingerd.
- Gebruik de grondboor niet om gaten in muren, hekken, enz. te
boren; gebruik hem niet op houten materialen of op asfalt.
- Het doorboren van ijs vereist speciale punten; als u deze
handeling wilt uitvoeren dient u de sterkte van het ijs ZEER
GOED in te schatten.
- Let goed op als u gaten boort in de buurt van sloten, steile
wanden of andere gaten in het terrein die door de werkzaamheid
met de grondboor kunnen instorten.
- Let goed op bij het boren van gaten in de buurt van muren,
palen, bomen of bouwwerken die kunnen vallen of instorten
als de werkzaamheid met de grondboor hun draagmateriaal
verwijdert.
- Boor geen gaten in de buurt van dijken of in elk geval van
bouwwerken die vloeistoffen tegenhouden; gevaar voor het
lekken van vloeistoffen.
- De grondboor mag alleen door bedieners worden gebruikt die
stevig en stabiel op het terrein staan; de boor mag nooit worden
gebruikt als de bedieners op trappen, steunen, verhogingen of
dergelijke staan; gevaar voor het verlies van de stabiliteit.