Spelverloop:
De speler met de kleinste vingers begint. Hij pakt één van z’n
stukjes kaas en schuift het op het deksel.
Hierbij moet het volgende in acht worden genomen:
• Het stuk kaas moet in z’n geheel op het deksel worden
geschoven.
• De kaas mag niet op een ander stuk kaas worden gelegd.
Als er hierbij één of meerdere stukken kaas van het
deksel vallen, dan moet de speler deze pakken en is de
volgende speler aan de beurt.
17
Spelvoorbereiding:
Op naar het grote kaasschuiven!
Iedere kaasliefhebber krijgt zes stukken kaas. Het deksel van
het blikje wordt, met de rand naar beneden, op de houten
halve bol gelegd.
Tip: de halve bol kan op twee manieren worden opgesteld.
Hierdoor verandert ook de moeilijkheidsgraad.
Tenslotte wordt nog de muis in het midden van het deksel
neergezet. En dan kan er op los worden gegaan!
16